Het eerste was een ochtendlijke knuffel op eenentwintig januari. Haar kaakje tegen de mijne, haar warme handje op mijn hart.  Het was Bach’s Air die mij de volgende dag plots vanuit het niets tot tranen toe bewoog. Het waren de rozijntjes uit mijn zondagse krentenbol die mij met een enorme smaakexplosie vijfentwintig jaar terug in de tijd katapulteerden.

Het was zó lang geleden dat mijn zintuigen mij op die manier tot bij een gevoel brachten. Ook al voelde ik het hooguit een paar seconden voor het (weer) in de mist verdween, het was er.  Het was en zal dus ook opnieuw zijn.

 

Tags:

No responses yet

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: